Voordat je gaat zoeken formuleer je eerst een goede en duidelijke klinische vraag. Dit wordt vaak onderschat. Het is verleidelijk om direct te beginnen met zoeken en zomaar enkele termen in de zoekregel te typen. Helaas is het resultaat dan meestal niet goed, een te grote hoeveelheid informatie en vaak weinig relevant. De vraag moet zo geformuleerd worden dat er een antwoord op te vinden is.
Heb je een goede onderzoeksvraag?
Dan splits je deze vervolgens op in deelonderwerpen.
Dit kan op twee manieren:
Door je onderzoeksvraag om te zetten naar een PICO word je gedwongen om van te voren goed na te denken wat je precies wilt weten.
P | = | patient / population / problem |
I | = | intervention / (diagnostic) instrument |
C | = | comparison |
O | = | outcome |
Het is niet noodzakelijk om alle PICO-elementen in te vullen. Dit zal ook niet altijd mogelijk zijn. Soms is het voldoende om alleen op P en I te zoeken.
Je gaat eerst zoeken per PICO-element. Zoek bijpassende zoektermen en probeer zoveel mogelijk synoniemen te bedenken. Daarna combineer je de PICO-elementen met elkaar. Gebruik je de juiste zoektermen, dan zal de combinatie leiden naar een antwoord op je onderzoeksvraag.
Tips:
I | - | Er mag maar één interventie per PICO ingevuld worden. Heb je meerdere interventies? Dan maak je even zoveel PICO's. |
C | - | Deze komt niet vaak voor, veel onderzoeken zijn al vergelijkende studies. Gebruik het alleen als je twee verschillende therapieën/behandelingen/medicijnen met elkaar wilt vergelijken. |
O | - | Is je uitkomst het effect van een interventie? Gebruik dan niet de 'O', maar kies RCT als publicatietype. |
M | - |
Het kan relevant zijn om aan je PICO de methode (RCT, systematic review) of het domein |
Het is niet altijd mogelijk om van je onderzoeksvraag een PICO te maken. Dan gebruik je de bouwsteenmethode. Het principe is hetzelfde als bij de PICO. Je haalt uit je onderzoeksvraag de kernelementen (bouwstenen) waarop je artikelen wilt vinden. Per element zoek je bijpassende zoektermen en probeer je zoveel mogelijk synoniemen te bedenken. Daarna combineer je de elementen met elkaar.