In deze module werk je aan een aantal opdrachten. Deze leiden tot een product dat je kunt verwerken in je schrijfopdracht.
Daarnaast kun je in deze module enkele oefeningen maken. Deze zijn niet verplicht, maar kunnen helpen om bepaalde zaken onder de knie te krijgen.
Veel informatie is te vinden via zoekmachines zoals Google en Google Scholar.
Maar het is niet zo dat je hiermee alle Nederlandse verpleegkundige bronnen vindt die zijn uitgebracht in bv. vaktijdschriften. Sommige uitgevers gebruiken eigen platformen om hun content doorzoekbaar te maken. Deze bronnen vind je daarom NIET via de zoekmachines van Google.
Maak daarom gebruik van platformen waarin die informatie of de toegang tot deze vakliteratuur wel wordt aangeboden:
Om effectief en efficiënt te zoeken, kun je bepaalde zoektechnieken en -methoden toepassen.
Het is handig om een logboek te maken voordat je artikelen begint te zoeken. Je kunt een voorbeeld nemen aan onderstaand Word-document.
Beschrijf hoe je zoekt en welke afwegingen je maakt rondom je zoekopdracht. Dit is handig voor later: je voorkomt met een logboek dat je bepaalde stappen dubbel zet. Bovendien kun je een logboek gebruiken om je zoekstrategie te verantwoorden.
Kies als onderwerp voor één van deze instrumenten:
Oriënteer je op het onderwerp van jouw keuze via een algemene zoekmachine als Google (geavanceerd), Google Scholar en/of de catalogus van Zuyd. Wat heb je nodig om deze toe te passen?
Baken je onderwerp af. Wie zijn je cliënten of burgers?
Bijvoorbeeld: Ouderen met dementie? Jongeren die eenzaamheid ervaren? Kinderen met een chronische ziekte?
Wat is bij deze cliënten of burgers de meest geschikte manier om het gekozen instrument toe te passen? Ga hiernaar op zoek in wetenschappelijke informatiebronnen (artikelen, boeken, ...).
► Gebruik DiZ en pas de bouwsteenmethode toe.
► Gebruik ook minstens één van de Nederlandstalige databanken: INVERT, NAZ & SpringerLink.
Selecteer ten minste vijf recente bronnen. Liefst is dit een combinatie van conceptuele (achtergrond-) en wetenschappelijke literatuur. Onderbouw aan de hand van beoordelingscriteria waarom je deze bronnen hebt uitgekozen.
Verwijs correct volgens APA7 naar deze bronnen.